In het grote niets,
dat niet bestaat
en zelfs dat niet
kolkt en bolt en bruist
krimpt en knettert
iets
dat de hele werkelijkheid omvat
volledig met God, Allah, Boeddha
en zo u wilt met Confucius
en soortgelijke types
overlapt
als microscule entiteiten
in een omvangrijkheid
waarvan we de dimensies niet kennen
vol van krachten en energie
zich opstapelend
binnenwaarts
tot een omslagpunt
en zich overweldigend
naar buiten richt
het binnenwaarts restant
meesleept
veranderd in de geluidloze knal
waar ruimte zelf de perskracht wordt
waar energie materie wordt
en later een heelal
Verwoestend ongenaakbaar
en toch complex
vloeit uit tegenstellingen
pijn en strijd
geborgenheid
en omvattende liefde voort
en intense schoonheid
en ontwikkeling
en zoeken naar balans

